Er zijn nu al vier computer generaties. De ontwikkeling van de computer had nooit zover kunnen komen zonder de enorme vooruitgang in de ontwikkeling van de computer hardware. Elke generatie computers wordt gekenmerkt door de voor dié tijd enorme technische ontwikkeling die de werking van de computer fundamenteel veranderde, resulterend in kleinere, goedkopere, krachtiger, efficiënter en betrouwbaarder machines. Lees over de 5 generaties computers en de ontwikkelingen die geleid hebben tot de computer zoals wij die vandaag de dag gebruiken.

Eerste generatie (1940-1956): Vacuüm buizen

De eerste generatie computers gebruikte vacuüm buizen voor de elektrische circuits en magnetische drums voor het geheugen, en waren zo enorm groot dat zij hele kamers in beslag namen. Zij waren kostbaar in het gebruik en omdat zij veel elektriciteit gebruikten gaven zij veel warmte af welke warmte vaak de oorzaak was dat deze computers slecht werkten. De eerste generatie computers werkte met machinetaal om opdrachten uit te voeren en kon slechts één opdracht tegelijk uitvoeren. De invoer geschiedde met ponskaarten en papieren tapes en de uitvoer werd uitgeprint. De UNIVAC en de ENIAC computers zijn voorbeelden van de eerste generatie computers. De UNIVAC was de eerste commerciële computer die aan een zakelijke partner werd geleverd, het Amerikaanse bureau voor de volkstelling en dit was in 1951.

Tweede generatie (1956-1963): Transistors

Transistors vervingen de energie vretende vacuüm buizen en werden gebruikt in deze tweede computergeneratie. De transistor was reeds in 1947 ontwikkeld maar werd niet veel gebruikt in computers tot aan het eind van de jaren 50. De transistor was in vele opzichten superieur aan de vacuüm buis en zorgde ervoor dat de computer kleiner kon zijn, sneller, goedkoper, efficiënter en energiezuiniger dan hun voorgangers uit de eerste generatie. Hoewel óók transistors veel warmte produceerden, met als gevolg storingen en beschadigingen, was het een enorme verbetering ten opzichte van de vacuüm buizen. Tweede generatie computers maakten nog steeds gebruik van ponskaarten voor de invoer van gegevens en de uitvoer werd nog steeds geprint. Tweede generatie computers verwisselden de cryptische binaire machine taal in assembler taal (basis computertaal die rechtstreeks in machinetaal kan worden omgezet), hierdoor waren programmeurs in staat instructies in woorden weer te geven. "High-Level" programmeer talen werden in die tijd ook ontwikkeld zoals de eerste versies van COBOL en FORTRAN. Deze generatie computers waren ook de eersten die de instructies in het geheugen opsloegen en werd overgegaan van de magnetische drum technologie in de "core" technologie. Tweede generatie computers werden speciaal ontwikkeld voor de kernenergie industrie.

Derde generatie (1964-1971): Integrated Circuits (samengevoegde, geïntegreerde stroomkringen)

De ontwikkeling van "integrated circuits" was het kenmerk voor de derde generatie computers. Transistoren werden steeds maar kleiner en aangebracht op chips van silicium, ook wel halfgeleiders genoemd, waardoor de snelheid en doeltreffendheid van computers drastisch verbeterde en toenam. In plaats van met ponskaarten en gedrukte tekst communiceerden gebruikers met deze derde generatie computers via toetsenbord en monitor en was de computer inmiddels voorzien van een besturingssysteem. Hierdoor konden meerdere verschillende applicaties tegelijk werken en werd het geheugengebruik centraal in de gaten gehouden. Voor het eerst kwamen computers binnen het bereik van het grote publiek want zij waren kleiner en goedkoper dan hun voorgangers.

Vierde generatie (1971-heden): Microprocessors

Met de komst van de microprocessor zag ook de vierde generatie computers het levenslicht, duizenden "integrated circuits" werden geplaatst op één enkele silicium chip. Wat in de eerste generatie computers nog een hele kamer vulde paste nu in de palm van een hand. De Intel 4004 chip, ontwikkeld in 1971, plaatse alle componenten van een computer- van de centrale processor en geheugen tot de invoer/uitvoer controle- op één enkele chip. In 1981 introduceerde IBM de eerste computer voor thuisgebruikers en in 1984 introduceerde Apple de Macintosh. Ook de microprocessor ontsteeg het niveau van de desktopcomputer en wordt vandaag de dag gebruikt in allerlei elektronische en elektrische (huishoudelijke) apparaten. Toen deze kleine computers steeds maar krachtiger werden konden zij met elkaar worden verbonden waardoor netwerkjes ontstonden die uiteindelijk weer leidden tot de ontwikkeling van het internet. Deze vierde generatie computers maakten ook de komst mee van "GUIs" (Graphic User Interface, een grafische gebruiksomgeving zoals uw Windows versie), de muis en "handhelds" (kleine handbediende computers)

Vijfde generatie (heden-toekomst): Kunstmatige intelligentie

De vijfde generatie computers, gebaseerd op kunstmatige intelligentie, is nog volop in ontwikkeling. Toch zijn er al enkele applicaties, zoals stemherkenning, vandaag de dag beschikbaar.Het gebruik van parallel lopende processen en super halfgeleiders helpen kunstmatige intelligente realiteit te worden. Quantum berekeningen en moleculaire- en nano-technologie zullen in de komende jaren de computers radicaal veranderen. Het doel van de vijfde generatie computers is de ontwikkeling van apparatuur die reageert op gesproken taal en die verder in staat zal zijn te leren en zichzelf te organiseren en ontwikkelen