Ergotherapeutisch advies aan allochtonen
Home De makers Begrippen Bronnen

 

 

Nederland heeft een multiculturele samenleving. Er immigreren steeds meer mensen met een andere culturele achtergrond. Deze mensen kunnen ook zorg nodig hebben en komen in aanraking met onder andere ergotherapeuten. De vraag is: Verloopt de advisering bij mensen met een andere culturele achtergrond hetzelfde als bij mensen met een Nederlandse cultuur? Speelt cultuur een rol? Door deze en meerdere vragen die van belang zijn binnen de gezondheidszorg, richten wij onze vraag op de multiculturele samenleving met als onderwerp: Het adviseren van hulpmiddelen in een multiculturele samenleving door ergotherapeuten. 

De ergotherapie richt zich onder andere op de normen, waarden, wensen, rollen, gewoontes en behoeften van de individuele cliënt. Deze punten zijn per cultuur verschillend. Gehandicapt zijn en hulpmiddelen gebruiken kan in een andere cultuur een heel andere betekenis hebben dan wij in Nederland gewend zijn. Dit is dus iets waar je bij ergotherapeutische werkzaamheden rekening mee moet houden.

 

 

Algemene Tips bij het adviseren van mensen met een andere culturele achtergrond

Een goed (en dus effectief) advies bestaat uit drie delen: kwaliteit, acceptatie en managen (Heijsman e.a. 1999). Als de ergotherapeut daarnaast nadruk legt op een aantal punten die specifiek bedoeld zijn voor de allochtonen uit onze doelgroep, zal dit een aantal voordelen opleveren. De geadviseerde hulpmiddelen blijven bijvoorbeeld niet ongebruikt in de kast liggen, de ergotherapeut kan de keuzes van de cliënt beter begrijpen en bovendien zal de cliënt bij een nieuw probleem terugkeren naar de ergotherapie. Hieronder volgen een aantal punten waar ergotherapeuten rekening mee kunnen houden binnen de advisering aan cliënten uit onze doelgroep.

  • Overleg

Overleg met de cliënt is erg belangrijk omdat hierin de wensen en de behoeften van de cliënt duidelijk worden. Respecteer deze wensen en behoeften, ook al komen ze niet overeen met "het zo zelfstandig mogelijk maken van de cliënt". Dit laatste wordt binnen de ergotherapie vaak aangenomen als een algemene waarheid, de cliënt wil optimaal zelfstandig zijn. Dit gaat echter niet altijd op.

 

  • Tijd

Een adviesproces voor een allochtone cliënt zal al snel meer tijd kosten. Dit kan zijn vanwege het beperkt beheersen van de Nederlandse taal en de gewoonten om binnen veel culturen niet direct over persoonlijke zaken te spreken. Eerst moet het vertrouwen van de cliënt worden gewonnen (van Es & Kroesen 1998). Dit zal (indien nodig) tijdens elke bijeenkomst opnieuw moeten gebeuren.

 

  • Kennis uitbreiden

Het adviesproces zal beter verlopen als de ergotherapeut enige kennis van de cultuur van de cliënt heeft. Als ergotherapeut zou je moeten nagaan of een hulpmiddel aansluit bij de gewoonten binnen de cultuur. Je moet bijvoorbeeld geen aangepast bestek aanbieden als de cliënt de gewoonte heeft met zijn handen te eten.

 

  • Voorlichting

Veel allochtonen hebben een gebrekkige kennis van Nederlandse voorzieningen. Hierdoor is een goede voorlichting van de ergotherapeut belangrijk. Het is niet aan te raden om dit schriftelijk te doen. Dit wordt vaak door Turkse en Marokkaanse allochtonen (ook als is het vertaald) weinig gelezen (van Daal & Gorter 1995).

 

  • Multiculturele ergotherapeuten

Vaak heeft het voordelen om allochtonen voorlichting en adviezen te geven in hun eigen taal en vanuit de eigen culturele achtergrond. Voor veel cliënten is het dan makkelijker hun verhaal kwijt te kunnen en vragen te stellen. Dit zal waarschijnlijk in de meeste gevallen niet mogelijk zijn. Er zou misschien gesteld kunnen worden dat er meer multiculturele ergotherapeuten zouden moeten komen (Crommentuyn & Vlaming 1998).

 

  • Betrekken van familie

Bij de advisering van hulpmiddelen is het belangrijk om naaste familie erbij te betrekken. Dit is onder andere vanwege het schaamtegevoel dat veel allochtone cliënten hebben bij het gebruik van hulpmiddelen. De familie kan juist een bron van informatie zijn voor de ergotherapeut. Het is hierdoor belangrijk om aan te geven dat de familie welkom is tijdens een gesprek. Naaste familie is bij Turkse en Marokkaanse gezinnen een ruim begrip. Als bijvoorbeeld de vader van een gezin is overleden, kan deze rol worden overgenomen door een ander, in Nederland woonachtig, lid van de familie. Dit kan bijvoorbeeld ook een oud oom zijn. Ook gebeurt het vaak dat er meerdere familieleden naar één gesprek komen(van der Woerd e.a. 1999).

 

  • Adviezen aan familieleden

Vaak zullen de adviezen die je geeft als ergotherapeut meer betrekking hebben op hoe de familie de cliënt het beste kan verzorgen, dan de werkelijke advisering van hulpmiddelen. Er kan bijvoorbeeld gedacht worden aan tiladviezen of adviezen over hoe bijvoorbeeld het beste de woning ingericht kan worden.

 

  • Evaluatie

Als de mogelijkheid aanwezig is, is het raadzaam om achteraf te kijken of het hulpmiddel daadwerkelijk, en op de juiste manier gebruikt wordt. Zonodig kan de ergotherapeut achteraf nog uitleg geven over een hulpmiddel of kiezen voor een ander hulpmiddel. Bij deze cliëntengroep blijft het moeilijk om direct het gewenste en meest adequate hulpmiddel te adviseren.

 

Tips ten aanzien van de communicatie binnen adviseren van mensen met een andere culturele achtergrond

 

Communicatieproblemen specifiek voor Turken en Marokkanen

Het is moeilijk om een gesprek te voeren met mensen die weinig tot geen Nederlands spreken, en dit is over het algemeen vaak bij Turken en Marokkanen het geval. In sommige gevallen gaat het heel goed met handen- en voetentaal, maar dat lukt minder goed bij ingewikkelde onderwerpen, zoals het adviseren van hulpmiddelen en voorzieningen (De Muynk, Timmerman & Straetemans 1998).

 

In alle fasen van de ergotherapeutische behandeling en in dit geval met name de adviseringsproces vindt de communicatie plaats tussen de ergotherapeut en cliënt. Hier zijn er enkele adviezen ter ondersteuning die een ergotherapeut kan gebruiken bij het communiceren met een cliënt met een andere Turkse of Marrokaanse achtergrond achtergrond:

 

  • Tolk
    De ergotherapeut kan een gratis tolk inschakelen als de cliënt het Nederlands onvoldoende machtig is.

 

  • Familie als tolk

Familieleden kunnen beter niet als tolk fungeren. De kans is dan groot dat de informatie die overgedragen moet worden slechts selectief wordt doorgegeven.

 

  • Meer tijd

Wanneer er van een tolk gebruik gemaakt wordt, moet er rekening mee gehouden worden dat een dergelijk gesprek meer tijd kost. Het vertalen van informatie kan veel tijd vergen.

 

  • Vooraf bespreken

Als er een tolk gebruikt wordt is het raadzaam om het doel van het gesprek vooraf te bespreken. Hierbij moet aangegeven worden wat er van hem of haar verwacht wordt en wat de belangrijkste aandachtspunten zijn t.a.v. van het gesprek.

 

  • Familie aanwezig bij het gesprek

Het is belangrijk om te respecteren dat een cliënt vaak zijn of haar partner en eventueel een groter deel van de familie meeneemt naar het gesprek. Voor de cliënt en zijn of haar familie kan dit zeker van belang zijn.

 

  • Non-verbaal gedrag

Probeer zoveel mogelijk oogcontact met de cliënt te houden, zelfs als het gesprek via een tolk gebeurt. Non-verbaal gedrag kan extra informatie opleveren voor de ergotherapeut.

 

  • Uitdrukken in een tweede taal

Als de cliënt Nederlands spreekt, probeer er dan rekening mee te houden dat dit zijn of haar tweede taal is. Het kan moeilijk zijn om in een andere taal dan je moedertaal je gevoelens in woorden uit te kunnen drukken (De Muynk e.a. 1998).

 

  • Geen "nee" durven zeggen

Veel cliënten vinden het onbeleefd om nee te zeggen tegen een therapeut. Dit is iets om rekening mee te houden.

 

Communicatieproblemen specifiek voor Surinamers en Antillianen

Goede communicatie komt niet alleen tot stand als men elkaars taal verstaat. Het gaat ook om de intonatie en het non-verbaal gedrag. Waar leg je de klemtoon, praat je hard of zacht, wat is beleefd of onbeleefd. Kijk je iemand aan terwijl je praat of is dat juist onbeleefd? Gebaren en gezichtuitdrukkingen hebben ook een boodschap in zich. Mensen afkomstig uit de Antillen en Suriname hebben een andere manier van communiceren "geleerd". Hieronder volgen een aantal punten waar ergotherapeuten rekening mee kunnen houden binnen de communicatie met cliënten uit de Surinaamse en Antilliaanse cultuur groepen.

 

  • Spreek tempo

Probeer niet te snel te praten. Het Nederlands wordt beheerst, maar is vaak niet de enige "moedertaal". Deze cliënten zijn vaak niet gewend aan de Nederlandse intonatie.

 

  • Geen "nee" durven zeggen

Veel cliënten vinden het onbeleefd om nee te zeggen tegen een therapeut. Dit is iets om rekening mee te houden.

 

  • Uitleg te vragen

Het is belangrijk om aan het begin van het gesprek duidelijk aan te geven dat cliënten om uitleg mogen vragen als ze iets niet begrijpen. Dit is bij deze doelgroep van extra belang omdat ze vaak geen vragen durven te stellen uit beleefdheid.