HET VERLEDEN VAN SHANTI DEVI(1)

door Kirti S. Rawat

Van al de talrijke gevallen van vermoedelijke wedergeboorte die van tijd tot tijd aan het licht zijn gekomen, zijn slechts enkele authentiek te noemen. Het geval van Shanti Devi is ��n van de beste gevallen op dit gebied. Tegenwoordig hoort men van allerlei re�ncarnatie-gevallen, maar aan het begin van de jaren dertig werden berichten over een meisje dat geboren werd in een obscure uithoek van Delhi, dat beweerde dat ze zich een vorig leven kon herinneren, ontvangen als heel bijzonder nieuws. Aanvankelijk kenden alleen de mensen om haar heen dit meis�je, maar langzamerhand bereikte het nieuws over haar heel India en uiteindelijk zelfs de hele wereld. Het was alleen maar te verwachten dat de wereld zich zou afvragen of het geval wel authentiek was.

Shanti Devi, geboren in 1926, bleef het voorwerp van speculatie gedurende haar hele leven. In 1985 ging iemand in een spe�ciale uitgave van een gerenommeerd En�gels tijdschrift over India, gewijd aan re�n�carnatie, zelfs zo ver dat hij zich afvroeg of ze wel ooit bestaan had. Ik stond er ver�steld van dat iemand dusdanige twijfels kon koesteren zonder een fatsoenlijk on�derzoek ingesteld te hebben. In februari 1986 bezocht ik Delhi om lan Stevenson te ontmoeten, de grote expert van het re�n�carnatieonderzoek van de Universiteit van Virginia. Dr Stevenson had haar geval reeds onderzocht en daarom liet ik hem het bewuste artikel zien. Een paar dagen later ontmoette ik Shanti Devi en bracht onge�veer anderhalf uur met haar door. Later ondervroeg ik allerlei mensen in Delhi, Mathura en Jaipurand die betrokken waren geweest bij het geval, waaronder ook familieleden van Shanti Devi uit dit leven en uit haar vorige leven als Lugdi Bai. Ik be�studeerde tevens de boeken en artikelen die er in de loop der tijd waren verschenen over Shanti Devi, naast verschillende rap�porten die er over haar waren opgesteld door vooraanstaande wetenschappers. Dit is haar verhaal, misschien wel het be�roemdste re�ncarnatiegeval dat we ken�nen.
Op 18 januari 1902, werd Chaturbhuj, een ingezetene van Mathura, gezegend met een dochter, die Lugdi werd genoemd. Reeds toen Lugdi tien jaar oud was geworden, werd ze uitgehuwelijkt aan Kedarnath Chaube, de eigenaar van een winkel in Mathura. Het was voor Kedarnath reeds de tweede keer dat hij in het huwelijk trad, aangezien zijn eerste vrouw was overleden. Kedarnath Chaube bezat een kledingzaak in Mathura en een dergelijke winkel in Hardwar. Lugdi was erg gelovig en ze had reeds op zeer jonge leeftijd bedevaarts�oorden bezocht. Terwijl ze op pelgrims�tocht was, raakte ze een keer gewond aan haar been en ze werd daarvoor behandeld, zowel in Mathura als in Agra.
Nadat Lugdi voor het eerst zwanger raakte, kwam haar kind doodgeboren ter we�reld na een keizersnede. Naar aanleiding van haar tweede zwangerschap bracht haar bezorgde echtgenoot haar naar het staatsziekenhuis te Agra, waar ze op 25 septem�ber 1925 beviel van een zoon, wederom door middel van een keizersnede. Negen dagen later, op 4 oktober, ging de conditie van Lugdi echter zienderogen achteruit en ze overleed om tiert uur 's ochtends.

E�n jaar, tien maanden en zeven dagen na de dood van Lugdi, op 11 december 1926, werd Babu Rang Bahadur Mathur van Chirawala Mohulla, een klein dorpje bij Delhi, verblijd door de geboorte van een dochter, die ze Shanti Devi noemde. Tot haar vier�de levensjaar gedroeg ze zich als ieder ander meisje met uitzondering van het feit dat ze nogal zwijgzaam was. Toen ze ech�ter meer begon te praten, leek het alsof ze een ander meisje was geworden - ze had het over haar 'echtgenoot' en haar 'kinde�ren'.

Ze zei dat haar man in Mathura woonde waar hij een kledingzaak bezat en dat ze samen een zoon hadden gehad. Ze noem�de zichzelf Chaubine (d.w.z. de echtgeno�te van Chaube). Haar ouders zagen het slechts als kinderlijke fantasie en besteed�den er verder geen aandacht aan. Ze gin�gen zich echter zorgen maken toen zij er keer op keer over vertelde en in de loop der tijd een paar gebeurtenissen beschreef die te maken hadden met haar leven met haar man in Mathura. Soms zei ze tijdens het eten: 'In mijn huis in Mathura at ik ver�schillende soorten snoep.' Als haar moeder haar aankleedde, vertelde ze af en toe wat voor een soort jurken ze vroeger droeg. Ze noemde drie specifieke kenmerken van haar echtgenoot: hij had een lichte huids�kleur, bezat een grote wrat op zijn linker�wang en droeg een leesbril. Ze zei ook dat de winkel van haar echtgenoot zich tegen�over de zogeheten Dwarkadhish tempel be�vond.
Tegen deze tijd was Shanti Devi zes jaar geworden en haar ouders waren verbaasd en bezorgd geraakt door haar uitspraken. Het meisje beschreef zelfs uitgebreid hoe ze was gestorven na de bevalling. Haar ou�ders raadpleegden hun huisarts die zich er over verbaasde dat een klein meisje zoveel details wist te vertellen over ingewikkelde chirurgische procedures.
Zo werd het mysterie steeds groter. Haar ouders namen vanaf dat moment de mogelijkheid serieus dat deze herinnerin�gen echt uit een vorig leven stamden. Toen het meisje ouder werd, vroeg ze haar ouders nog steeds om haar naar Mathura te brengen. Tot ze acht of negen was, noemde ze echter nooit de naam van haar echtgenoot. Het is overigens heel gewoon in India dat vrouwen de naam van hun man niet uitspreken. Als iemand Shanti Devi er direct om vroeg, moest ze blozen en zei ze dat ze hem wel zou herkennen als ze er�heen gebracht werd, maar dat ze zijn naam niet zou noemen. Op een goede dag, ver�telde een ver familielid, Babu Bishanchand, een leraar aan de Ramjas High School Daryaganj te Delhi, Shanti Devi dat hij,, als ze hem de naam van haar echtge�noot zou noemen, haar mee zou nemen naar Mathura. Door dit aanbod kwam ze er dan eindelijk toe om de bewuste naam in zijn oor te fluisteren, namelijk Pandit Kedarnath Chaube. Bishanchand vertelde haar vervolgens dat hij het uitstapje naar Mathura zou regelen na daar eerst wat na�vraag te hebben gedaan. Hij schreef een brief aan Pandit Kedarnath Chaube, waar�in hij alle uitspraken van Shanti Devi uit�voerig beschreef, en hem verzocht om naar Delhi te komen. Kedarnath stuurde hem een brief terug, waarbij hij de meeste uit�spraken van het meisje bevestigde en voor�stelde om ��n van zijn familieleden, Pan�dit Kanjimal, die in Delhi woonde, toe te staan om haar te ontmoeten.
Men regelde dus een ontmoeting met Kan�jimal, waarbij Shanti Devi hem herkende als de neef van haar man. Ze noemde een paar bijzonderheden aangaande haar huis in Mathura en beschreef de plek waar ze wat geld had begraven. Toen men haar vroeg of ze vanaf het station in Mathura zelf de weg naar haar huis kon vinden, zei ze dat ze dat wel kon als ze haar tenmin�ste naar dat station zouden brengen. Kanjimal was zo onder de indruk van het verhaal dat hij naar Mathura ging om Ke�darnath Chaube te overreden Delhi te be�zoeken. Kedarnath reisde naar Delhi op 12 november 1935 samen met de zoon van Lugdi Navneet Lal en zijn huidige vrouw. Ze bezochten Rang Bahadurs huis de vol�gende dag. Om Shanti Devi te misleiden stelde Kanjimal Kedarnath voor als diens oudere broer. Shanti Devi werd rood en bleef aan de zijkant staan. Iemand vroeg haar waarom ze moest blozen in het bijzijn van de oudere broer van haar echtgenoot. Shanti zei met een vaste, lage stem: 'Nee, hij is de oudere broer van mijn man niet. Hij is mijn man zelf.' Vervolgens richtte ze zich tot haar moeder: 'Zei ik je niet dat hij een lichte huidskleur heeft en dat hij een wrat op zijn linkerwang heeft, vlak bij zijn oor?'
Daarop vroeg ze haar moeder om eten klaar te maken voor de gasten. Toen haar moeder vroeg wat ze moest klaarmaken, zei ze dat hij dol was op gevulde aardappelpannekoeken en pompoenmoes. Kedar�nath was stomverbaasd, omdat dit echt zijn favoriete gerechten waren. Vervolgens vroeg Kedarnath haar of ze hem ook iets heel bijzonders kon vertellen om aan te tonen dat ze haar volledig konden geloven. Shanti antwoordde: 'Ja, er is een put op het erf van ons huis, waarin ik vroeger baad�de.'
Shanti was sterk ontroerd toen ze Navneet zag, de zoon uit haar vorige leven. Terwijl ze hem omhelsde, kreeg ze tranen in haar ogen. Ze verzocht haar moeder ora al haar speelgoed te halen en aan Navneet te geven. Maar ze was te opgewonden om op haar moeder te wachten en rende zelf weg om het speelgoed te gaan halen. Kedarnath vroeg haar hoe ze Navneet had herkend als haar zoon, aangezien ze hem slechts ��n keer als baby had gezien alvorens ze over�leed. Shanti legde hem uit dat haar zoon bij haar ziel hoorde en dat de ziel gemak�kelijk in staat is om zo'n feit te onderken�nen.
Na het avondeten, vroeg Shanti Kedarnath, 'Waarom ben je met haar getrouwd?' doe�lende op zijn huidige vrouw. 'Hadden we soms niet afgesproken dat je niet zou her�trouwen?'
Kedarnath wist daar geen antwoord op te geven.
Tijdens zijn verblijf in Delhi, merkte Ke�darnath allerlei overeenkomsten op tussen het gedrag van Shanti Devi en dat van Lugdi. Voor hij zich terugtrok om te gaan slapen, vroeg hij toestemming om alleen met haar te praten en naderhand ver�klaarde hij dat hij volledig overtuigd was dat Shanti Devi zijn vrouw Lugdi Bai was, omdat er allerlei dingen waren geweest die ze had gezegd die enkel en alleen Lugdi kon hebben geweten. Shanti Devi raakte overstuur voordat Ke�darnath terugkeerde naar Mathura op 15 november. Ze smeekte hem om haar mee te nemen naar Mathura maar haar ouders gingen daar niet mee akkoord.
Haar verhaal deed de ronde door de media in het hele land en veel intellectuelen raak�ten erin ge�nteresseerd. Toen Mahatma Gandhi erover hoorde, belde hij Shanti Devi op, praatte met haar en verzocht haar vervolgens om te komen logeren op zijn ashram. (Toen ik Shanti Devi interviewde in 1986, herinnerde zij zich deze gebeur�tenis nog.)
Gandhi stelde een commissie samen van vijftien vooraanstaande mensen, waaronder parlementari�rs, nationale leiders, en mensen uit de media, om het geval te on�derzoeken. De commissie haalde haar ou�ders over om haar toe te staan met hun mee te gaan naar Mathura. Ze vertrokken met de trein met Shanti Devi op 24 no�vember 1935. Het rapport van de commis�sie beschrijft enkele gebeurtenissen die er op die dag plaatsvonden:
Terwijl de trein Muttra (2) [sic] naderde, werd ze overspoeld door vreugde en merkte op dat tegen de tijd dat ze Muttra [sic] zou�den bereiken de deuren van de tempel van Dwarkadhish gesloten zouden zijn. Haar exacte woorden waren: 'Mandir ke pat band ho jayenge', en zijn erg typerend voor Muttra [sic].
Het eerste incident waarbij ze onze aan�dacht trok terwijl we aankwamen in Mut�tra [sic) vond plaats op het perron. Het meisje werd vastgehouden door de armen van L. Deshbandhu. Ze had nog maar nau�welijks vijftien stappen gelopen toen een oudere man, die een typisch Muttra [sic] gewaad droeg, die ze nooit eerder had ont�moet, voor haar ging staan, temidden van een kleine menigte, en even bleef wachten. Men vroeg haar of ze hem kon herkennen. Ze reageerde zo snel op zijn aanwezigheid dat ze meteen van de schoot van Mr. Gupta sprong en de voeten van de vreemdeling met diepe eerbied aanraakte en vervolgens aan de kant ging staan. Toen men haar vroeg waarom, fluisterde ze in L. Deshbandu's oor dat die persoon haar 'Jeth' (de oudere broer van haar man) was. Dit alles gebeurde zo spontaan en natuurlijk dat ie�dereen stomverbaasd was. De man in kwestie was Babu Ram Chaube, die inder�daad werkelijk de oudere broer van Kedarnath Chaube was.
De leden van de commissie zetten haar in een tonga (3) gaven de bestuurder ervan de opdracht haar aanwijzingen te volgen. Onderweg vertelde ze welke dingen er ver�anderd waren sinds haar dood, hetgeen al�lemaal juist was.
Ze herkende ook enkele belangrijke pun�ten die ze van tevoren had vermeld zonder er ooit geweest te zijn in dit leven.
Terwijl ze haar huis naderden, sprong ze uit de tonga en merkte een bejaarde per�soon op die zich in de menigte bevond. Ze boog onmiddellijk voor hem en vertelde an�deren dat hij haar schoonvader was, en dat was inderdaad zo. Toen ze aan de voorkant van haar huis waren aangekomen, ging ze zonder aarzeling naar binnen en ze kon haar slaapkamer aanwijzen. Ze herkende bovendien allerlei bezittingen. Men stelde haar op de proef door haar te vragen waar de 'jajroo' (WC) was en ze vertelde waar die was. Men vroeg haar wat 'katora' bete�kende. Ze zei dat dit paratha betekende (een soort pannekoek). Deze twee woor�den worden alleen door de familie Chaube uit Mathura gebruikt en niemand van bui�ten die familie zou ze normaliter kennen.
Shanti wilde vervolgens naar haar andere huis gebracht worden, waar ze enkele jaren lang samen met Kedarnath gewoond had.
Ze wees de chauffeur zonder enige moeilijkheid de weg. E�n van de leden van de commissie, Pandit Neki Ram Sharma, vroeg haar iets over de put die ze in Delhi had genoemd. Ze rende een bepaalde rich�ting uit, maar omdat ze daar geen put kon vinden, raakte ze in de war. Ze hield zelfs toen nog met enige overtuiging vol dat er op die plek een put was geweest. Kedar�nath verwijderde een steen van de plek in kwestie en ze vonden inderdaad een put. Wat betreft het geld dat ze had begraven, nam Shanti Devi hen mee naar de tweede verdieping en liet hen een plaats zien waar ze wel een bloempot vonden, maar geen geld. Het meisje bleef echter volhouden, dat het geld daar was verstopt. Kedarnath gaf later toe dat hij het geld had opgegra�ven na Lugdi's dood.
Toen ze naar het huis van haar ouders was gebracht, waar ze eerst haar tante voor haar moeder aanzag, maar al snel zelf haar vergissing rechtzette, ging ze bij haar moe�der op schoot zitten. Ze herkende haar vader ook. Moeder en dochter huilden al�lebei openlijk toen ze elkaar ontmoetten. Het was een schouwspel dat iedereen ont�roerde.
Shanti Devi werd toen nog naar de Dwar�kadhish tempel gebracht en ook naar an�dere plaatsen waar ze van tevoren over had gepraat en bijna al haar uitspraken werden geverifieerd en correct bevonden.
De publicatie van het rapport van de com�missie trok wereldwijd veel aandacht. Allerlei geleerde persoonlijkheden, waaron�der heiligen (4), parapsychologen, en filoso�fen bestudeerden het geval, waarbij som�migen de waarde van het geval bevestig�den en anderen het geval alleen bekriti�seerden en probeerden aan te tonen dat het om bedrog ging.

Een vooraanstaande schrijver uit die tijd, Saint Nihal Singh, liet weten dat hij het persoonlijk wou onderzoeken, en Shanti Devi werd opnieuw naar Mathura gebracht, dit keer zonder dat er publiciteit aan werd besteed. Het gezelschap bereikte Mathura op 2 april 1936. Ze werd naar een kleine tuin gebracht waar ze het van tevoren over had gehad, maar die tijdens de eerste tocht niet bezocht was. De meeste uitspraken van Shanti Devi bleken correct te zijn, hoe�wel er wel een paar foutjes waren. Shanti Devi wilde graag haar huis in Mathura be�zoeken. Naderhand werd ze naar Vrindaban gebracht, een religieuze plaats in de buurt ervan, alwaar ze vol zelfvertrouwen verschillende plaatsen identificeerde en bepaalde details noemde die volledig juist waren, met maar een paar uitzonderingen. Ze zei bijvoorbeeld dat de vloer bestond uit rode en witte tegels, terwijl het in werke�lijkheid ging om zwarte en witte tegels.
Men probeerde haar in verwarring te bren�gen, maar daar trapte ze niet in. Toen ze er een bepaalde tempel herkende, zei ie�mand dat het die tempel niet was; ze raak�te daardoor eventjes in de war en begon te twijfelen, maar toen ze er even later dich�terbij kwamen, bleef ze toch bij haar oor�deel, dat dus correct was geweest.
Op 16 februari 1936 ontmoette ene Mr. B.C. Nahata, een rationalist en iemand die tot de harde kern van 'ongelovigen' be�hoorde als het om re�ncarnatie ging, Shan�ti Devi en schreef een boekje waarin hij zijn twijfels formuleerde en het geval verwierp. Op 13 april 1936 werd ze hypnotisch te�ruggevoerd door prof. Jagdish Mitra in het bijzijn van enkele andere prominente per�sonen. Door de hypnose, kwamen er bepaalde gebeurtenissen tussen de dood van Lugdi en de geboorte van Shanti Devi aan het licht, en deze kunnen worden gelezen in een rapport van de hypnotische sessie opgesteld door dr. Begg. Dit rapport bevat een paar interessante gegevens, zoals over de manier waarop Lugdi naar God wordt gebracht en hoe ze teruggebracht wordt als Shanti Devi.

Ik ontmoette Shanti Devi voor het eerst in februari 1986 en daarna nog in december 1987, en ondervroeg haar uitvoerig over de herinneringen aan haar vorige leven en over haar herinneringen in Mathura. Ik in�terviewde bovendien haar jongere broer, Viresh Narain Mathur, die haar tijdens haar eerste bezoek aan Mathura had begeleid. Vervolgens ging ik zelf naar Mathura en vroeg verschillende van haar familieleden om het eerste bezoek van Shanti Devi, toen ze negen was, te beschrijven. Ik interview�de tevens een goede vriend van Kedarnath die me bepaalde expliciete details vers�trekte over de manier waarop Kedarnath ervan overtuigd raakte dat Shanti in haar vorige leven echt zijn vrouw was geweest.
Mijn laatste gesprek met Shanti Devi vond plaats op 27 december 1987, vier dagen voor haar dood, waarna ze voor altijd een legende zal blijven in de annalen van ge�vallen van vermoedelijke wedergeboorte.
Toch is het denkbaar, zoals dit ook voor alle andere mogelijke re�ncarnatiegevallen geldt, dat ook het geval van Shanti Devi niet helemaal bewijskrachtig is. Het is belangrijk dat mensen die zulke voorvallen bestuderen helemaal ingewijd zijn in de wetenschappelijke onderzoeksmethoden. Gelukkig was er ene dr. Indra Sen bij het geval betrokken die je als zo iemand zou kunnen beschouwen. In zijn lezing voor de Indian Philosophical Congress van 1938 vermeldde hij echter dat hij het meisje niet voortdurend kon observeren en daarom af�hankelijk was van anderen voor zijn informatie. Voorts had het geval Shanti Devi vanaf het eerste begin zo veel publiciteit gekregen dat het moeilijk was om vast te stellen welke uitspraken door haar zelf waren gedaan en welke uitspraken geba�seerd waren op informatie die mogelijk rechtstreeks of indirect door derden was verstrekt. Tot slot zijn er, zoals reeds ver�meld, een paar fouten in haar uitspraken geconstateerd.
Tegelijkertijd moeten we echter in ge�dachten houden dat Shanti nooit in Mathura was geweest voor ze erheen werd gebracht door de commissie. Nadat ze er was aangekomen, herkende ze uit zichzelf een groot aantal verwanten uit haar vorige leven, iets wat we niet zo maar over het hoofd mogen zien.

Sommige herinneringen kwamen weer bij haar boven toen ze de vertrouwde plaatsen uit haar vorig leven bezocht. Zo vertelde Lugdi's broer me, tijdens mijn bezoek aan Mathura, dat Shanti Devi nadat ze er en�kele vrouwen had gezien, zich haar oude vriend(inn)en herinnerde en naar hen in�formeerde. Zo vertelde Lugdi's zus me dat Shanti Devi een aantal vrouwen er op wees dat Lugdi hen wat geld had geleend, het�geen ze inderdaad toegaven. Shanti's emo�tionele reacties als ze familieleden ont�moette uit haar vorige leven waren veel�betekenend. De manier waarop ze in tra�nen uitbarstte toen ze de ouders uit haar vorig leven ontmoette, wist alle aanwezigen te ontroeren. De commissie vermeld�de in haar rapport dat het een zegen was dat vorige levens over het algemeen ver�geten worden. Ze vonden dat ze een grote verantwoordelijkheid op zich hadden ge�nomen door Shanti Devi naar Mathura te brengen, en ze moesten haar met geweld van de ouders uit haar vorige leven schei�den.
Tijdens mijn onderzoekingen, verhaalde een vriend van Kedarnath, de twee�nzeventigjarige Pandit Ram Chaube, me over een belangrijke gebeurtenis, die ik kon sta�ven met andere bronnen. Toen Kedarnath in Delhi was om Shanti Devi te ontmoeten, logeerde hij een nachtje bij Pandit Ramnath Chaube thuis. ledereen was al gaan slapen, en alleen Kedarnath, zijn echtge�note, zijn zoon Navneet, en Shanti bevonden zich in de kamer; Navneet sliep als een roos. Kedarnath vroeg Shanti hoe ze zwan�ger was geworden terwijl ze aan artritis leed en niet kon opstaan. Ze beschreef het hele verloop van de geslachtsgemeenschap met hem, waardoor Kedarnath er niet lan�ger aan twijfelde dat Shanti zijn vrouw Lugdi was in haar vorige leven. .
Toen ik dit incident beschreef aan Shanti Devi tijdens mijn interview met haar, zei ze: 'Ja, dat is het punt dat hem volledig overtuigde.'
Het geval Shanti Devi is ook belangrijk vanwege het feit dat het ��n van de grondigst onderzochte gevallen is, dat bestudeerd werd door honderden onderzoekers, critici, wetenschappers, heiligen, en vooraanstaande personal�ties uit alle delen van India en het buitenland vanaf de tweede helft van de jaren dertig tot 1987. .
Een criticus, Sture L�nnerstrand kwam he�lemaal uit Zweden naar India toen hij van dit geval had vernomen om het te ontmas�keren als bedrog. Hij verwachtte echt dat het om bedrog ging, maar na zijn onder�zoek schreef hij: 'Dit is het enige volledig verklaarde en bewezen geval van re�ncar�natie dat er ooit geweest is.'

Hoewel ik het niet helemaal eens ben met L�nnerstrand, wil ik mijn verhaal over Shanti Devi afsluiten met de woorden van dr. lan Stevenson, de belangrijke autoriteit op het gebied van re�ncarnatie, waar hjj zegt: 'Ook ik heb Shanti Devi ge�nterviewd, haar vader, en andere belangrijke getui�gen, waaronder ook Kedarnath, de echtge�noot die ze in haar vorige leven zou heb�ben gehad. Mijn onderzoek wijst uit dat ze tenminste vierentwintig uitspraken deed over haar herinneringen die overeenkwa�men met de geverifieerde feiten.'
Als dit al geen bewijs vormt, dan wijst het toch zeker sterk op re�ncarnatie.

Noten

1. Dit artikel verscheen oorspronkelijk in Venture Inward van de Association for Research and Enlightenment van maart/april 1997, blz. 18-21.
2. Een variant van de naam van stad Mathura.
3. Een wagen getrokken door twee paarden, gebruikt voor korte afstanden.
4. Rawat schrijft 'saint', d.w.z. iemand die volgens het hindoe�sme een heilig en voorbeeldig leven leidt (vert.).

Dr. Kithri Saroop Rawat is afkomstig uit Rajastan, India. Hij heejl zich als sociaal-wetenschapper ge�specialiseerd op onderzoek van re�ncarnatiege-vallen. Hij werkte samen met lan Stevenson en hij is oprichter van de Re�ncamation Research Foun�dation, Indore, India.

Dit artikel werd gepubliceerd in Prana, nummer 106, 43/50, 1998.

Vertaling: drs. Titus Rivas

Contacteer de auteur in het Engels: Dr. Kirti Swaroop Rawat